Vijf vragen: waarom krijgen bedrijven geen stroom meer?

Bedrijven krijgen nog meer blokkades voor de groene stroom die ze aan het netwerk aanbieden. In Noord-Brabant en Limburg mogen ze van de netbeheerder voor de hoogspanning – de grote masten met stroomkabels – niet meer leveren en bovendien komt hier ook geen afname meer voor nieuwe gevallen. Wat is het probleem, en blijft het hierbij? Vijf vragen.

Waarom besluit TenneT hiertoe?


Het bedrijf dat over alle hoogspanning gaat, dat is in Nederland vanaf 110.000 volt voor grote bedrijven, zegt dat in korte tijd veel te veel aanvragen zijn gekomen. Steeds meer bedrijven met veel zon- en windcapaciteit willen dit aan het stroomnet aanbieden waar TenneT de scepter zwaait. De beheerder moet die aanvragen van bedrijven in behandeling nemen.

Veel bedrijven, projectontwikkelaars en bouwers weten al lang van de schaarste aan capaciteit, en reserveren snel zo veel mogelijk capaciteit bij TenneT voor hun plannen. Dat bij elkaar loopt nu de spuigaten uit, zegt TenneT. In korte tijd moest het vier keer het stroomverbruik van Den Bosch vullen. Het is dermate verergerd dat het geen nieuwe stroom meer kan innemen, maar ook geen nieuwe stroom meer naar die bedrijven zal leveren.

Nederland verduurzaamt al jaren: TenneT kon dit toch zien aankomen?


Het bedrijf erkent dat. Afgelopen jaren investeerde TenneT miljarden in uitbreiding van hoogspanningscapaciteit. Maar het zegt ’verrast’ te zijn door de snelheid van het aantal nieuwe aanvragen, tot ergernis en bezorgdheid van ondernemers die nog willen investeren. Zij voelen zich gedwongen door de overheid die uitstoot van fossiele brandstoffen en vervuiling wil terugbrengen om de klimaatdoelen van Parijs te halen.

Het is, zo vergeleek een verbolgen Limburgse gedeputeerde, alsof de ijscoman bij mooi weer zegt dat hij geen ijs meer kan verkopen omdat er zoveel klanten een ijsje willen.

Daarnaast zijn er de regionale beheerders, zoals Liander, Enexis en Stedin. Die kampen met dezelfde problemen voor de laagspanningsnetten die uiteindelijk de stroom van het hoge spanningsniveau naar 230 volt voor je stopcontact brengen. Zij kampen al veel langer met oververhitte netwerken en te veel aanvragen. Bedrijven krijgen bij deze regionale beheerders geen nieuwe aansluiting meer. Bestaande klanten worden nog bediend.

Consumenten blijven buiten schot: zij zullen altijd stroom krijgen. Om die reden worden bedrijven afgeschakeld om ervoor te zorgen dat er altijd stroom voor elektriciteit thuis blijft.

Waarom wordt dit tekort niet aangepakt?


Energiemaatschappijen zeggen net als andere bedrijven te kampen met een enorm tekort aan materialen zoals microchips. Ook zijn er duizenden monteurs nodig om hun vacatures te vullen. Maar het grootste probleem is de lange tijd die het vergt om een vergunning te krijgen bij gemeenten, Rijk en provincies voor een trafohuisje of kabel in de straat.

Zoiets duurt snel zes jaar, met uitschieters naar acht jaar. De aanvraag van een hoogspanningscentrale, met masten en de bijbehorende gebouwen kosten rond tien jaar om ze langs een ambtenaar te krijgen, klagen de energiebeheerders.

De traagheid betekent ook dat ondernemers die duurzame investeringen willen doen in bijvoorbeeld woonwijken die draaien op duurzame energie gaan afhaken, zo luidt de kritiek. Als dit al een probleem wordt; wat als grote bedrijven als Tata Steel of VDL en Philips geen nieuwe aansluiting krijgen, of de tienduizenden automobilisten die overstappen op elektrisch rijden met een aansluiting thuis? Krijgen die telkens nee te horen, dan zal de uitstoot hoog blijven in Nederland. Daarmee worden de klimaatdoelen van Parijs in 2030 en 2050 niet gehaald.

Wat zijn de oplossingen?


Op korte termijn moet de politiek ingrijpen, zo reageren partijen donderdag in Den Haag. Ze zien dat de netbeheerders miljarden pompen in nieuwe netwerken, maar het gaat te ambtelijk en te traag. Ook ondernemers zijn het nu helemaal zat: de overheid moet de regie bij al die miljardeninvesteringen gaan nemen, zeggen zij, en helpen. Dus als een verkeersagent investeringen voorrang geven, waarna energiebedrijven dat gewoon moeten uitvoeren.

Van alle wensen moet uitbreiding ’topprioriteit’ krijgen, aldus werkgeversclub VNO-NCW. Daarnaast zou de overheid veel meer moeten investeren in extra monteurs. Ondernemers hameren op een aloude wens: snijd nu eens in de talloze vaak gestapelde vergunning- en inspraakprocedures bij gemeenten, provincies en Rijk. Breng die tijd voor bijvoorbeeld een nieuw verdeelstation drastisch terug, bijvoorbeeld door vergunningen parallel naast elkaar te laten lopen. En laat iemand snel een knoop doorhakken, is een advies.

Maar energiemaatschappijen waarschuwen wel: Nederlanders willen in hun woonwijk niet nog een trafohuisjes of een verdeelstation van enkele voetbalvelden omvang.

Kunnen ondernemers geen schade claimen?


Ja, dat kan. Momenteel keert TenneT al compensatie uit aan ondernemers die stroom willen leveren, maar die niet op het netwerk van de beheerder krijgen. Dat bedrag voor de zogeheten redispatch is vorig jaar al opgelopen €340 miljoen.

De netbeheerder verwijst tot nu toe bij het afwijzen van een aanvraag ook op overmacht. TenneT zegt bij ondernemers op begrip te stuiten, mits er zicht is dat het probleem met enkele maanden opgelost wordt.

Ondernemersclubs leggen zich ook bij het laatste besluit van TenneT in Noord-Brabant en Limburg neer. „Het kan natuurlijk zijn dat er marktpartijen zijn die het overwegen”, aldus VNO-NCW. Die kent geen schadeclaims. „Maar van rechtszaken wordt meestal niemand wijzer”, stelt zij. „Cruciaal is dat kabinet daarin de regie pakt om te zorgen dat de energietransitie doorzet.”

Bij regionale netbeheerders zijn wel schadeclaims ingediend. De uitkering daarvan vergt soms ook maanden en in enkele gevallen jaren de tijd.

bron: De Telegraaf.  9 juni 2022